TG Wuivend Riet

FICTIEGENRES IN SPEELFILM EN SERIES

… Flamboyant crime comedy drama, psychologische thriller met crime en fantasy elementen, coming out of age drama, jong eclectisch existentieel liefdesdrama, karaktergedreven dramareeks met humor met een zwart randje … 

Zijn deze genre-omschrijvingen ‘fout’? Mm … Met wat puzzelwerk en deductie weten we wel wat de makers bedoelen. Maar daar gaat het niet om. Zeker bij jongere scenaristen/regisseurs merk je dat ze of de film- en T.V.- genres niet meer voldoende kennen, of bang zijn dat de kijker een genremix niet gaan herkennen, of dat ze zoveel mogelijk dingen opnoemen om ‘volledig/duidelijk’. te zijn.

Dat gaat zover dat onder genre ook dingen worden genoemd als thema (coming of age), schriftuurkenmerken (karaktergedreven), en zelfs format (miniserie).

Bovendien is er voelbaar onduidelijkheid over:

Bepaalde (sub)genres: hyperdrama, mockumentary, fantasy versus magisch realisme, psychologisch versus psychodrama, etc.

Genre(kenmerken) versus stijlrichting, versus stroming, versus productietechniek. 

Let wel, of het nu gaat om een stamgenre, een hoofdgenre, een subgenre of een genremix, de conventies (her)kennen is één ding. Het wordt pas interessant wanneer die kennis kunde wordt, en top of mind in de toolbox van makers zit. Wanneer het de plotting, de structuur  en het visualiseren verruimt en verrijkt.

De lezing behandelt genre als een levend – evoluerend – gegeven. Het gaat dus niet om ‘regeltjes’ en om ‘do & don’ts’; laat staan om oekazes die makers beperken. Het gaat om dingen die werken, die je effectief en efficiënt kunt gebruiken, maar die je ook kunt omkeren, mixen en zelfs negeren of heruitvinden. 

Docent is dramaturg-regisseur Ed Vanderweyden
(docent RITCS/Erasmushogeschool Brussel, en Schrijversvakschool ’t Colofon, Amsterdam). 

Concreet: 

Duur en inhoud van de lezing kunnen aangepast worden aan de doelgroep
(hoger- of kunstonderwijs, en -uiteraard- professionele scenaristen en regisseurs).